Nederland gaat het eerste passagiersvliegtuig op waterstof bouwen, dat zal vliegen van Amsterdam naar Londen. Dit is het resultaat van een samenwerking, opgezet door Unified International en InnovationQuarter met 17 bedrijven, waaronder Fokker, TU Delft, Rijksoverheid en het Koninklijk Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum, melden de partijen in een persbericht van Innovation Quarter.

Het is de bedoeling is dat er vanaf 2028 al meerdere commerciële vluchten wereldwijd gaan vliegen. Het waterstofsysteem zal naar verwachting in 2025 al op labschaal gereed zijn.

Het systeem wordt in de eerste instantie ingebouwd in een bestaand vliegtuig met veertig tot tachtig zitplaatsen en kan vervolgens gebruikt worden in nieuwe vliegtuigen met nul CO2-uitstoot met nog meer passagiers.

“Dit is wereldwijd uniek volgens experts. En het mooiste: boven dit project wappert een volledig Nederlandse vlag, dit project draagt dus direct en één-op-één bij aan het Nederlandse bbp”, zegt Michel van Ierland van Unified International in een persverklaring. Het project levert vanaf 2028 naar verwachting 1200 banen op.

Waterstof wordt opgeslagen in de staart van het vliegtuig

Waar de brandstof nu nog in de vleugels wordt opgeslagen, worden die in het nieuwe vliegtuig vervangen door waterstofcapsules in de staart van het vliegtuig. De waterstof wordt daarna richting de motor vervoerd en omgezet in elektriciteit. In de motor wordt de elektriciteit omgezet in beweging en naar de propellers gestuurd.

Het is complex om dit allemaal te bouwen, zegt Bert Klarus van InnovationQuarter. Zo is het leidingwerk ingewikkeld, je moet het goed onder controle houden met drukregelaars en compressoren. Daarnaast komt er veel warmte vrij en dat moet ook opgelost worden.

Potentiële klanten voor het nieuwe vliegtuig zijn Airbus, Boeing, Embraer en De Havilland.

"Er vliegen op dit moment wereldwijd zo’n 1.500 toestellen rond die geschikt zijn voor ons pakket. We hebben de eerste aanvraag voor een offerte al binnen", zegt Van Ierland tegen het Algemeen Dagblad.

Potentiële concurrenten werken aan kleinere vliegtuigen dan het Nederlandse consortium, schrijft het AD. Zo wil het Brits-Amerikaanse Zero Avia vanaf 2024 Cessna’s op waterstof laten vliegen.

Het Zweedse Heart Aerospace bouwt aan een geheel nieuw toestel voor negentien passagiers dat vanaf 2026 een afstand van 400 kilometer moet kunnen afleggen. 

Ook partijen als Airbus/Leonardo, Embraer werken aan waterstoftechnologie voor hun toekomstige vliegtuigen. Hun horizon is echter wat verder weg en ligt op de periode na 2035.

De tickets om te vliegen in de nieuwe toestellen worden sowieso duurder, zegt luchtvaartdeskundige Melkert in het AD. Het consortium schat dat een ticket tot 10 procent duurder wordt.

LEES OOK: Elektrische vliegtuigen moeten het waarschijnlijk hebben van waterstof – dit zijn 6 startups die daarmee bezig zijn